Skip to main content

"het OCMW is geen hangmat maar een springplank " - 7 op 10 leefloners stromen door naar werk.

Brussel, 8 november 2017. 86.305 leefloners werden gedurende een periode van 4 jaar door de POD Maatschappelijke Integratie opgevolgd om na te gaan of deze groep er duurzaam op vooruit gaat of dat men zich na verloop van tijd terug bij het OCMW aanmeldt.

De studiedienst stelde vast dat 69,3% het OCMW definitief verlieten. De leefloonbegunstigden werden ondergebracht in 4 uitstroom-statuten: werk, uitkeringsgerechtigde werkloosheid, andere sociale uitkeringen, of een andere situatie voor personen die niet meer in aanmerking komen voor een leefloon of een andere vorm van sociale uitkering. Opmerkelijk is dat er geen significant verschil te vinden was naargelang het geslacht van de opgevolgde personen noch naargelang de grootte van het OCMW.  

Investeren in duurzaam werk loont

De steekproef toont aan dat op het einde van de periode 42% werkzaam is dankzij de begeleiding van het OCMW. De uitstroom naar werk ligt hoger in het Vlaams (48%) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (44%) dan in het Waals Gewest (37%). De regionale verschillen kunnen deels verklaard worden doordat het vacaturepercentage[1] in Brussel en in Vlaanderen hoger is dan in Wallonië. Na een eerste trimester aan de slag als werknemer bedraagt de kans 9,6% om terug te moeten vallen op een leefloon. Dit percentage verkleint naarmate de aangeboden job duurzamer is en aldus langer duurt. Na de opvolgingsperiode van 4 jaar is de terugval op het sociale vangnet van het OCMW gedaald tot amper 0,2%. Opvallend is dat alleenstaanden met kinderen ten laste meer uitstromen naar werk (46%) dan samenwonenden (37%).  

Leefloners stromen ook via de werkloosheidsuitkering door naar werk

24% heeft na de tussenkomst van het OCMW opnieuw voldoende sociale rechten opgebouwd om in aanmerking te komen voor een werkloosheidsuitkering. Vervolgens kunnen deze personen andere opleidings- en tewerkstellingstrajecten van onder andere de VDAB gebruiken vanwaaruit zij hun leven opnieuw kunnen starten. Er valt op te merken dat 13% van deze groep in het begin van de opvolgingsperiode verder doorstroomt naar werk. Hoe langer de werkloosheidsperiode duurt, hoe lager de kans om door te stromen naar een job.

Andere pistes

15% verlaat het OCMW voor een andere vorm van sociale uitkering zoals vergoedingen voor ziekte of invaliditeitsuitkeringen van een instelling van sociale zekerheid. 19% verlaat het OCMW zonder leefloon en komt niet in aanmerking voor een andere uitkering. Deze betrokken personen zijn niet langer aanwezig in de databanken van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Dit is onder meer het geval indien het individu verhuist naar het buitenland of indien deze bijvoorbeeld huwt, niet werkzaam is en door het inkomen van de partner niet langer recht heeft op een leefloon.

 

Conclusie

Er is voor de overgrote meerderheid van de personen die het OCMW verlaten geen sprake van een terugkeereffect waarbij ex-leefloners zich na verloop van tijd terug aanmelden bij het OCMW.

Werelddag van Verzet tegen Armoede- Gezondheid verdraagt geen uitstel, dialoogtafel door vzw Recht-Op

Armoede maakt ziek. Niet enkel fysiek, maar ook psychisch. De dagelijkse overlevingsstrijd in een samenleving waarvan ze geheel of gedeeltelijk uitgesloten zijn verzwakt de mentale veerkracht van mensen in armoede. Velen ervaren een voortdurend gevoel van stress, onzekerheid, onmacht, wantrouwen, schaamte en een hoofd dat vol zit.

Recht-Op organiseerde een dialoogtafel met aanbieders van psycho-educatie: Act-Academie, Herstelacademie, Human Link en Open School en deelnemers om in gesprek te gaan over een betere toegankelijkheid. Logo, Andante en dienst gezondheid van de stad Antwerpen luisterden mee.

Psycho-educatie1 kan dienen als voorzorg, als opstap naar individuele begeleiding maar ook als tussentijdse oplossing om bijvoorbeeld de wachtlijsten te overbruggen (zodat mensen in armoede toch al ergens aan de slag kunnen met hun psychische problemen) of als nazorg na psychologische begeleiding. Het werken in groep kan mensen een versterkend gevoel geven. Ze voelen zich niet meer alleen, ze horen elkaars ervaringen en leren van elkaar. De financiële drempel wegnemen bij het aanbieden van psycho-educatie is niet voldoende om mensen in armoede te laten deelnemen. Er moet aandacht besteed worden aan de bekendmaking van het aanbod op die plaatsen waar mensen in armoede komen. Het is dan belangrijk dat mensen tijdens het volgen van de psycho-educatie zorg op maat krijgen zodat ze niet afhaken. Na de psycho-educatie kan best de brug gemaakt worden naar andere activiteiten, cursussen of indien nodig meer gespecialiseerde hulp.

De dialoog werd gevoed door ervaringsgericht materiaal dat verzameld werd in het deelproject: Proeven, Smaken & Kruiden2

17 oktober Werelddag van Verzet tegen Armoede - Gezondheid verdraagt geen uitstel

1 op 8 mensen met een laag inkomen stelt gezondheidszorg uit om financiële redenen. Hoe lager op de sociale ladder, hoe lager je levensverwachting. Iemand in armoede heeft minder gezonde levensjaren voor de boeg dan een middenklasser van dezelfde leeftijd. Veel mensen in armoede hebben (veel) vaker dan gemiddeld gezondheidsproblemen, ook op vlak van geestelijke gezondheid. Gezondheid is zeer bepalend voor het welzijn van iemand. Net op dat punt gaapt de kloof tussen arm en rijk heel diep. “Samen met mensen in armoede zullen 60 verenigingen waar armen het woord nemen de komende maand de aandacht vestigen op de nood aan een betere toegang tot eerstelijnsgezondheidszorg.

In Antwerpen organiseert STA-AN dialoogtafels met aanbieders en gebruikers/patiënten. Recht-Op nodigde organisaties uit die psycho-educatie aanbieden om in gesprek te gaan met mensen in armoede. Lees hier onze nota.

Armoede terugdringen kan niet zonder uitkeringen boven Europese armoedegrens

Het Netwerk tegen Armoede reageert bijzonder ontgoocheld en verbaasd over de verklaringen van staatssecretaris Zuhal Demir. In De Zevende Dag op één gooide ze de belofte van de federale regering overboord om de uitkeringen op te trekken tot de Europese armoedegrens. Deze regering schoof armoedebestrijding naar voor als absolute topprioriteit. Een loze verklaring, zo blijkt. Want armoede terugdringen kan niet zonder ook die uitkeringen op te trekken. 

Deze gebroken belofte komt bovenop de besparingen, onder andere in de gezondheidszorg, en prijsverhogingen (vooral van energie), waardoor mensen met een laag inkomen al elke maand zeker €50 inleveren (berekeningen Decenniumdoelen, afhankelijk van de gezinssituatie kan het inkomensverlies veel hoger oplopen).   Samen met het Netwerk tegen armoede roepen we de regering op om de belofte uit het regeerakkoord aangaande het optrekken van uitkeringen tot de armoedegrens waar te maken.

Op Terzake reageerden we hier ook op.

Kinderarmoede bestrijden door 1 euromaaltijden?

Het kinderrechtencommissariaat onderzocht op welke wijze de doelstellingen van de projectoproep 'kinderarmoede bestrijden door 1 euromaltijden' bereikt werden.  De ambities waren om voldoende en gezond voedsel aan te bieden als basisvoorziening en mensen in armoede bereiken om hen gezinsondersteuning te kunnen aanbieden. Aan het onderzoek werden aanbevelingen en suggesties verbonden.  Het advies werd op 2 oktober 2017 bezorgd aan de Vlaamse volskvertegenwoordigers van het Vlaams Parlement en de bevoegde minister.   Lees het rapport hier

17 oktober Dag van verzet tegen armoede: gezondheid verdraagt geen uitstel

1 op 8 mensen met een laag inkomen stel gezondheidszorg uit om financiële redenen. Hoe lager op de sociale ladder, hoe lager je levensverwachting. Iemand in armoede heeft minder gezonde levensjaren voor de boeg dan een middenklasser van dezelfde leeftijd. Veel mensen in armoede hebben (veel) vaker dan gemiddeld gezondheidsproblemen, ook op vlak van geestelijke gezondheid. Gezondheid is zeer bepalend voor het welzijn van iemand. Net op dat punt gaapt de kloof tussen arm en rijk heel diep. In aanloop naar 17 oktober voert het Netwerk tegen Armoede campagne met een aantal heel concrete voorstellen om de gezondheidskloof te dichten.

1. Werk de financiële drempel naar de huisarts weg via een algemene derdebetalersregeling of forfaitair systeem en breid dit uit naar andere disciplines (tandzorg, kine, …)

2. Investeer in een sterke ziekteverzekering. Extra verzekeringsproducten zouden overbodig moeten zijn

3. Stimuleer hulpverlening om meer en beter in te zetten op rechtentoekenning. Bekijk welke rechten meer automatisch toegekend kunnen worden

4. Investeer in toegankelijke, kwaliteitsvolle eerstelijnsgezondheidszorg, waaronder wijkgezondheidscentra

5. Bouw een eerstelijnspsychologische functie uit, die ook aansluit bij de noden van mensen in armoede

6. Investeer in toegankelijke tandzorg door pre-financiering terug te dringen en de tussenkomst door de verplichte ziekteverzekering te versterken in plaats van hiervoor aanvullende verzekeringen aan te bieden

7. Zorg dat dringende medische hulp een steviger vangnet wordt, waarbij patiënten, zorgverstrekkers en lokale besturen correct geïnformeerd zijn

8. Geef mensen met een beperking een volwaardige plaats in de maatschappij door hen echte kansen en een menswaardig inkomen boven de armoedegrens te geven zonder hen van het kastje naar de muur te sturen

9. Herwerk de regelgeving rond referentieadres zodat elke dakloze dit kan gebruiken om rechten te openen

10. Ondersteun eerstelijnsgezondheidszorg – ook financieel - om duidelijke en relevante taken rond gezondheidspromotie en ziektepreventie te kunnen opnemen

Lees hier de brochure verhalen van mensen in armoede, initiatieven van verenigingen waar armen het woord nemen en van het Netwerk tegen Armoede én onze beleidsaanbevelingen.

Copyright © Recht-Op vzw